Nieuwsbrief 10


September 1994

Geen Italiaanse koalities in Vlaanderen, nergens!
Cordon Sanitaire
Het begin van het begin
VERKLARING

Download

Top

Geen Italiaanse koalities in Vlaanderen, nergens!

Afblokken

Top

Cordon Sanitaire

 


8 februari 1992

Charta 91 neemt de handschoen op. Een volle stadschouwburg luistert naar Paula Burghgraeve, Hugo Claus, Torn Lanoye, Jaap Kruithof, Paul Goossens, Jan Decleir, Eric Corijn, Paula D´Hondt, Nelly Maes en Paul Verbraeken. Het Vlaams Blok moet worden gestopt door hun politieke agenda af te wijzen, door elke samenwerking te bannen en door de maatschappelijke krisis in haar wortels aan te pakken. De volgende dag staan de kranten vol over deze bijeenkomst.


Juni 1992

Het Vlaams Blok drijft de provokatie op. In een 70-puntenprogramma, gekopieerd van Le Pen, stelt De Winter zijn racistische ´oplossing´ voor voor het zogenaamde ´migrantenprobleem´. Apartheid, sociale uitstoot en deportatie zijn de belangrijkste ingrediënten.


19 november 1992

De Vlaamse Raad veroordeelt dit programma als zijnde in strijd met de Rechten van de Mens. De resolutie stelt ook vast dat "sommige voorstellen ervan ontleend zijn aan het programma in 50 punten van 16 november 1991 van het Franse Front National en als oogmerk hebben de migranten in een apartheidsgroep af te zonderen en stapsgewijs uit het maatschappelijk leven te verbannen, op dezelfde wijze als van 1933 af in Nazi-Duitsland de Joodse medeburgers werden behandeld´.

Charta 91 heeft toen, met de steun van 200 ´Bekende Vlamingen´ de operatie Cordon Sanitaire opgezet. We vroegen aan alle politici een verklaring te ondertekenen waarin ze zich verbonden geen politieke zaken te zullen doen met het Blok. Natuurlijk heeft het Blok democratisch verkozen mandatarissen. Maar dat mag nog niet betekenen dat ze als ´normaal verschijnsel´ in de instellingen worden betrokken en vooral niet dat ze mede gebruikt worden in meerderheden of wetgevende initiatieven. Het Blok en haar programma moeten worden beschouwd als onbespreekbaar. Elke soepelheid dienaangaande leidt tot het overnemen van argumenten en standpunten, tot het bagateliseren van hun inhumane ideologie en tot het legitimeren van hun politiek.


8 oktober 1993

De campagne wordt verder gezet samen met Hand in Hand. Zo´n 600 politieke mandatarissen hebben de tekst al ondertekend. Maar terzelfdertijd hoort men andere stemmen. Volgens sommige politici mag het Blok niet worden geïsoleerd. In Trends verschijnt een openlijk pleidooi voor een Italiaans scenario voor Vlaanderen. Daarin moeten het Blok, de VLD en de rechterzijde van de CVP een meerderheid zien te vormen. Dat speelt in de kaart van De Winter en Cc, die hun etiket van eeuwige zweeppartij kwijt willen. Het Blok wil onderhandelen met de respektabele rechterzijde. Sommige kringen zijn niet ongevoelig voor dergelijk maneuver. De operatie ´Cordon Sanitaire´ werkt erg storend, geeft De Winter toe in een De Standaard-interview.


12 juni 1994

Europese verkiezingen. Eerste elektorale test sinds Zwarte Zondag. De regeringspartijen gaan zwaar achteruit, maar zijn toch tevreden omdat de VLD niet de verwachte doorbraak maakt. Sommigen jubelen zelfs om de stagnatie van het Blok in Antwerpen. Maar extreemrechts toont dat het zich overal heeft ingeplant. Het is nu ook in Wallonië en Brussel een belangrijke politieke faktor geworden.


8 oktober 1994

Gemeenteraadsverkiezingen. Het Vlaams Blok wil in vele gemeenten doorbreken en haar aantal verkozenen gevoelig opdrijven. Meerderheden kunnen worden gebroken. Op vele plaatsen zullen ze rekenkundig meetellen in de koalitievorming. Maar onder geen enkel beding mag met het Blok worden samengewerkt, niet in een koalitie, niet met stemaf spraken, niet met een OCMW-zetel, ... onder geen enkele andere vorm. Dat risiko lijkt minder groot in de grote steden: daar verklaren tot nog toe alle partijen niet te zullen samenwerken met het Vlaams Blok. Maar wat kan er gebeuren in kleinere centra, waar lokale politici misschien minder principieel aan de macht willen blijven, waar de kleinschaligheid kan leiden tot het bagateliseren van extreemrechts, waar sommige stoere programmapunten tot de verbeelding spreken?

Nergens, dus, mogen de gemeenteraadsverkiezingen een bres slaan in het ´Cordon sanitaire´, in de schutskring rond het Blok. Wat ook de uitslag weze -en laat die voor het Blok zo katastrofaai mogelijk zijn-extreem-rechts mag nergens worden meegeteld in de koalitiegesprekken. Elke demokratische partij moet ons voor de verkiezingen nog eens klaar en duidelijk verzekeren dat geen enkele lokale afdeling zondagavond met het Blok praat. Over het Blok mag geen enkele illusie bestaan: voor extreem-rechts stemmen is absoluut verloren stemmen.


3 oktober 1994

Charta 91 en Hand in Hand organiseren een korte maar duidelijke manifestatie, waarop ook de partijen worden uitgenodigd hun engagement in een Cordon sanitaire te bevestigen. Vele tientallen mensen hebben hun medewerking al toegezegd. U wordt persoonlijk verwacht. Zoals twee en een half jaar geleden willen we met velen een krachtig signaal laten horen. We willen vanaf dinsdag in de kranten een duidelijke berichtgeving. We willen van partijen en kandidaten ondubbelzinnige uitspraken. We willen voor zondag elk misverstand uit de wereld hebben, zodat we zondagavond na de verkiezingen nergens voor verrassingen komen te staan.

Laat 3 oktober een mobilisatie punt zijn voor je lokate Inzet, breng vrienden en kenissen mee naar Antwerpen, vraag je lokale kandidaten zich daar te laten zien. Enkele dagen voor de gemeenteraadsverkiezingen wordt deze bijeenkomst belangrijk in het afblokken van het Blok. |

We rekenen op U.
Tot het onzalige tij is gekeerd.

Top

Het begin van het begin

Koen DILLE

Antwerpen zou het politieke laboratorium van Vlaanderen zijn. Vlak na de eerste wereldoorlog kende de Frontpartij er haar eerste successen. In 1928 stuurden de Antwerpenaren de activist Borms vanuit de gevangenis recht naar het parlement. De volksunie behaalde er in 1954 haar eerste verkozene. Pater Versteylen hield er Agalev mee boven de doopvont. Jean-Pierre Van Rossem zat er een poos in de gevangenis. Ook hij werd er verkozen. Nog in Antwerpen behaalde het Blok zijn eerste gemeenteraadsleden en parlementariërs. Laboratorium of niet, het is dus wel zo dat er in Antwerpen op politiek vlak geregeld dingen werden ondernomen, zonder dat die daarom ook automatisch tot succes leiden. In elk geval is het een feit dat sinds 24 november 1994 het Blok er de sterkste partij is (1 op 4). De Europese verkiezingen hebben dat nog maar eens bevestigd.

De situatie is zorgwekkend. Om minstens twee redenen. De eerste is dat in vele politieke kringen het Blok niet zozeer als een gevaar voor de democratie wordt ervaren, maar vooral als een bedreiging van de eigen machtspositie. Vandaar -en dat is de tweede reden- dat sommigen er geen bezwaar tegen hebben om het na de gemeenteraadsverkiezingen van 9 oktober eventueel op een akkoordje te gooien met dat Blok. Vooral de Antwerpse VLD is wat dat betreft uiterst onbetrouwbaar. Maar of ook nog alle CVP-ers recht in hun schoenen staan, is evenmin zeker.

Het is in dat licht dat men de verschillende pogingen moet zien om op 9 oktober de kiezer zogezegd iets nieuws aan te bieden. De verruimde (?) VLD maakt al maanden propaganda met een kandidaat-burgemeester wiens enige boodschap en tevens belangrijkste troef is dat hij géén politicus is. Als demagogie kan dat geslaagd heten. Zal het echter de kiezer, meer bepaald de Blokkiezer, op andere gedachten brengen ? In elk geval is het een merkwaardig staaltje van burgerzin vanwege deze partij van de burger. De lijst die de CVP samen met de VU heeft opgesteld en die ze Antwerpen 94 heeft genoemd, heeft daarentegen als voornaamste doel de kiezer te doen vergeten dat de CVP in Antwerpen gedurende driekwart eeuw mee in het college heeft gezeten. Niet erg netjes vanwege een CVP die ten volle mee verantwoordelijk is voor alles wat men het stadsbestuur terecht of ten onrechte verwijt. Positief is dan weer, het moet gezegd, dat zowel lijsttrekker en kandidaat-burgemeester Schiltz als lijstduwer Van Peel uitdrukkelijk hebben verklaard dat ze in geen geval een coalitie willen aangaan met het Blok. Het is echter weinig bekend wat ze willen doen aan de opgehoopte maatschappelijke onvrede, die toch een belangrijke voedingsbodem vormt van het Blok. Maar zoals reeds gezegd ligt daar ook niet de hoofdbekommernis van Antwerpen-94.

Al bij al zijn de lijsten van de VLD en die van Antwerpen-94 dus hoofdzakelijk electorale operaties. Of ze volstaan om het Blok van de macht te houden, kan nu niet worden gezegd. Dat hangt zowel af van de verkiezingsuitslag als van de bereidheid van die lijsten om al dan niet te onderhandelen met het Blok.

Het hangt bovendien ook nog af van de resultaten van wat we maar gemakshalve de progressieve lijsten zullen noemen : de SP en de gecombineerde lijst van Agalev met Patsy Sorensen. Niet dat er ook maar enige kans bestaat dat SP en Agalev ooit voldoende stemmen zouden behalen om al was het maar de kern te vormen van een college dat resoluut een ander beleid wil voeren. Daarvoor is de afstand tussen beide waarschijnlijk te groot. En dan hebben we het nog niet eens over de niet te overbruggen kloof tussen Agalev enerzijds en de VLD en de lijst van Schiltz anderzijds.

Toch zou het al een betekenisvolle stap vooruit zijn als over de verschillende formaties heen een aantal politici zich zouden uitspreken voor een grondig vernieuwd beleid waarin geen plaats is voor het Blok, een beleid dat iets wil doen aan de oorzaken van het onbehagen dat vandaag één Antwerpenaar op vier voor het Blok doet stemmen. Zowel Agalev als de SP stellen natuurlijk elk van hun kant dat precies zij en zij alleen zo´n beleid voorstaan. De kiezer hoeft dus maar voor de juiste lijst te stemmen. Maar een eerste stap zou er nu precies uit kunnen bestaan dat er een begin van bereidheid blijkt om de eigen partij als enig zaligmakende te relativeren.

Dit is dus geen aansporing tot frontvorming. Ook niet tot kies-afspraak. Uit de hierbij afgedrukte ´oproep´ moet duidelijk worden waar het CHARTA dan wel om te doen is.

Op een paar semi-besloten bijeenkomsten met mensen van Agalev, SP, de groep van Patsy Sorensen, vertegenwoordigers van de groep Multatuli, van de groep Antwerpen 2000, van ACOD, enz. kwam de idee naar voor om een soort basisplatform op te stellen dat als leidraad kon dienen om in de toekomst samen te werken. CHARTA nam de taak op zich om die tekst op te stellen. Elke groep verbond er zich toe om tegen september zoveel mogelijk handtekeningen onder die oproep te krijgen, uiteraard in de eerste plaats van politici, maar ook van al wie in de zaak geïnteresseerd is. Ondertussen is dat al gedeeltelijk gebeurd, en werd de tekst al ondertekend door Agalev en een 25-tal mandatarissen en kandidaten van andere lijsten en bewegingen, onder wie Lode Hancké, Jan Calewaert, Patsy Sorensen, Johan Bijttebier, Nahima Lanjzi (A´pen-94), Ludo Loose, e.a.

Wij geloven dat de oproep breed genoeg is om eventueel ook mensen uit de kringen rond de lijst Schiltz aan te spreken. Wij geloven dat, indien voldoende politici deze oproep ondertekenen, hiermee een duidelijk signaal aan de kiezer wordt gegeven. Als hij bovendien door behoorlijk wat ´burgers´ wordt gesteund, dan is dat ook nog eens een duidelijk teken naar de politici.

Wordt vervolgd.
Tenminste, dat hopen we.

Top

VERKLARING

 

Wij, ondertekenaars, wensen ons niet te laten verlammen door zogenaamde economische en financiële marges, ook al beschouwen sommigen die als onveranderlijk. De politiek die wij willen bedrijven, houdt juist in dat we die marges opschuiven. Wij willen inwerken op de maatschappelijke structuren. Wij willen fundamentele oplossingen zoeken voor problemen die te maken hebben met de sociale uitbuiting, de ecologische bedreiging, de gebrekkige werking van onze politieke en gerechtelijke instellingen, de culturele vervlakking en de verwording van de menselijke verhoudingen. Zij liggen immers aan de basis van de xenofobe en autoritaire stromingen in onze samenleving.

Daarom oordelen we dat het beleid in Antwerpen aan de volgende basisvoorwaarden moet voldoen :

  1. Antwerpen moet een gastvrije stad zijn voor al zijn inwoners. De eerste zorg van het beleid hoort te gaan naar de dringendste sociale noden, naar de woon- en leefomstandigheden van alle kansarmen, ongeacht hun herkomst. Er moet onmiddellijk werk worden gemaakt van een behoeftenkadaster. Daar moet dan een concreet en samenhangend programma op worden gebaseerd dat strikt binnen vastgelegde tijdslimieten moet worden uitgevoerd.
  2. Antwerpen moet een leefbare stad zijn. Het beleid inzake verkeer moet prioritair afgestemd zijn op de behoeften van de zwakste weggebruikers: kinderen, voetgangers, fietsers, mensen met een handicap, enz. Het openbaar vervoer moet absolute voorrang krijgen op het gemotoriseerde privévervoer. De ruimtelijke ordening moet in de eerste plaats gericht zijn op bewoonbaarheid. Dat betekent een doelbewuste inplanting van groene zones, recreatieruimten en -mogelijkheden, punten voor openbare dienstverlening, cultuurvoorzieningen, stadsmeubilair, enz. De vestiging van commerciële en andere bedrijven, parkeerplaatsen, enz. moet hieraan ondergeschikt zijn. Er dienen maatregelen te worden genomen om de sociale veiligheid optimaal te bevorderen. Het globaal structuurplan dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd, moet volledig worden uitgevoerd.
  3. Antwerpen moet in alle opzichten een schone stad worden. Verkrotting en leegstand, zwerfvuil, lawaai, vervuiling door industrie en haven, enz. dienen drastisch en onomkeerbaar te worden aangepakt.
  4. Het is niet meer dan normaal dat élke ingezetenene van de stad, die vijf jaar in ons land woont, haar/zijn zeg heeft over het beleid. Aangezien de weg tot daadwerkelijke participatie noodzakelijk via stemrecht verloopt, verbinden wij ons ertoe er voor te ijveren dat dit zo vlug mogelijk gerealizeerd wordt, ongeacht de algemene partijstandpunten m.b.t. deze materie.
  5. Antwerpen moet een open stad worden. Dit betekent dat het bestuur, de administratie, de politionele en andere diensten, de sociale hulpverlening, enz. maximaal toegankelijk, doorzichtig en laagdrempelig moeten zijn. De medezeggenschap van de burgers moet zoveel mogelijk gestimuleerd worden door o.m. petitierecht, effectieve wijkraden, hearings en andere experimenten waarbij de betrokkenheid van de burgers bij het beleid geïntensifieerd wordt. Dat kan ondermeer door de besluitvorming op het laagst mogelijke niveau te houden.
  6. Vanzelfsprekend en principieel hangen de belangen van het publiek en het stadspersoneel samen. De stedelijke overheid moet daarom een beroep kunnen doen op personeel dat gemotiveerd, bekwaam en goed is opgeleid en voldoende in aantal is om voor het publiek een optimale dienstverlening te verzekeren. Dat vereist een sociaal vriendelijk personeelsbeleid, dat ingepast is in een maatschappelijk verantwoorde tewerkstellingspolitiek. Er kan alvast niet meer verder worden afgedankt. Bovendien moet de maatschappelijke samenstelling van de Antwerpse bevolking op het vlak van bijvoorbeeld de proportie mannen/vrouwen of autochtonen/allochtonen haar weerspiegeling vinden in het gemeentelijk personeel. Vrouwen horen in elk geval gelijke carrièrekansen te krijgen.
  7. Aangezien de Antwerpse haven de economische ruggegraat van de regio is, moet ze als een openbare dienst functioneren. Elke stap naar privatisering is dan ook uit den boze. Om die reden moet de exploitatie van de haven ressorteren onder de gemeentelijke overheid.
  8. Het is normaal dat Antwerpen diensten verleent aan een bevolking die verspreid leeft over een grotere ruimte dan het strikte stadsgrondgebied. De problemen die dat met zich meebrengt, dienen behandeld te worden op een hoger niveau, dat van het stadsgewest. Het mag echter in geen geval ten koste gaan van een absoluut respect voor de gemeentelijke autonomie. Anderzijds mag dat niet verhinderen dat het bestuuur zo dicht mogelijk bij de bevolking blijft. Democratische besluitvorming en subsidiariteit (=de beslissingen worden op het laagst mogelijke niveau genomen) moeten daarbij als leidinggevende principes gelden.
  9. Antwerpen moet een stad der scholen blijven. Daarom moet het bestaande stedelijke onderwijsnet met zijn emancipatorisch pedagogisch project verder worden uitgebouwd. Dit geldt eveneens voor de parascolaire activiteiten, zoals buitenschoolse opvang, schoolopbouwwerk, enz. die vandaag meer dan ooit noodzakelijk zijn.
  10. Ook na 1993 moet Antwerpen een culturele metropool blijven. Dat veronderstelt dus een beleid dat de culturele verschraling tegengaat door de meest diverse artistieke uitingen te stimuleren. Ook moet gestreefd worden naar een maximale cultuursprei ding. Dit veronderstelt vanzelfsprekend een ondubbelzinnige keuze voor het multiculturele karakter van onze samenleving. *

Wij beseffen dat dit alles enkel kan worden gerealiseerd als de nodige financiële middelen voor handen zijn. Hoe dan ook moet er een vermindering van de intrestlast komen om Antwerpen opnieuw de nodige zuurstof te bezorgen. Dat vereist een ander financieel beleid. Om van de verstikkende schuldenlast af te geraken is er een ingrijpend politiek initiatief nodig, dat bijvoorbeeld aanstuurt op een moratorium en/of een herschikking. In elk geval moet men er verder voor ijveren dat de gewestelijke en/of federale overheden een deel van de Antwerpse schuld overnemen, en dit in eenzelfde verhouding als werd vastgelegd voor andere steden. Voorts wijzen we op de noodzaak van onderhandelingen met het Gemeentekrediet over een verlaging van de rentevoet. Het geld dat aldus vrijkomt hoort een duidelijke en vooraf bepaalde bestemming te krijgen.

Wij wensen dat deze verklaring als richtlijn zou dienen voor de coalitie die Antwerpen vanaf 1995 zal besturen. Zelf willen wij op basis van deze verklaring in de toekomst naar verdere samenwerking zoeken.

Top