Vorige zaterdag liep de Zinnekeparade in een kronkelend en wervelend parcours door de hoofdstad van Vlaanderen. Het is een product van een sociaal en cultureel netwerk van 203 partners, waaronder 99 verenigingen, 87 officiële instellingen en 17 scholen. Maandenlang werkten ze op verschillende plaatsen in de stad aan de uitbeelding van een stuk toekomstig Brussel. Duizenden gewone Brusselaars hielpen bij de aankleding en realisatie van tientallen scènes voor 2300 deelnemers. Enkele weken geleden kwamen ze voor het eerst buiten in de wijken. Vrijdagavond werden de grote constructies in een feestelijke intrede naar het centrum van de stad gebracht. En zaterdag zorgden al dit enthousiasme en een mooie zon voor een goed en solidair gevoel bij enkele tienduizenden stedelingen. Om de Zinnekeparade te maken heb je de multiculturele stad nodig, heb je de interculturele dialoog nodig, heb je de combinatie van de Afrikaanse djembes, met de Magrebijnse ritmes en de Germaanse recyclage nodig. Heb je de wisselwerking nodig en het sociaal-artistiek parcours. Zaterdag weenden de mensen van geluk.
Zondag vergaderde in een zaal in Mechelen een sociaal-culturele vereniging over lokale leefbaarheid en veiligheid. Ze waren met 1000 en ze noemen zich het Vlaams Belang. De regie gebeurde door professionelen met decors en projecties en muzikale effecten. De inhoud was van tevoren gekend, want heeft al een lange traditie. Leefbaarheid en veiligheid hangen daar immers af van orde en zuiverheid. Daar verwekt het vreemde onrust, tast het eigenheid aan, verplicht het tot dynamiek en openheid. Daarom moet het interculturele worden verworpen, moet het eigen volk identiek blijven, moeten de anderen zich assimileren of oprotten en moet elke afwijking worden bestraft. Om het Vlaams Belang te maken heb je een bange blanke man nodig, heb je de residentiële voorstad nodig, de angstige en zelfzuchtige middenklasse en een etnocentrische Vlaamse traditie. Je hebt vooral een grote onzekerheid en een grote hang naar zuiverheid nodig. En je hebt cynische demagogen nodig met de nodige dominante arrogantie. Angst en onzekerheid zijn hun handelsfonds, orde en repressie hun antwoorden. Donderdag was er één die voor hij zelf uit het leven zou stappen nog iets zinvols wilde doen. Hij schoot enkele gekleurde mensen neer. Geen verband? Daders zijn verantwoordelijk. Maar een "passage à l'acte" heeft ook opgefokte fantasieën nodig. En die worden aangeleverd door de omgeving. Plots kwam het duistere Vlaamse verleden weer bovendrijven. Waffen SS en Oostfront. Het Vlaams nationalisme als Nieuwe Orde. Zingeving door zuiverheid en orde. De wraak van de vernederde underdog. Frank Vanhecke had gelijk: losgeslagen waanzin! Donderdag en zondag weenden de mensen van verdriet.
In onze maatschappij leven beide werelden. De hang naar kosmopolitisme en medemenselijkheid is er naast het zelfverdedigende terugplooien. Het zoeken naar nationale zuiverheid steunt op een strenge traditie, op een enge identiteitsopvatting en op een eenduidige representatie. Het stedelijke postnationale samenleven kijkt naar de toekomstige lotsverbondenheid, ziet het vernieuwende in hybriditeit en vermenging, en steunt vooral op mobilisatie, participatie en coproductie.
Maar in onze maatschappij krijgen beiden niet dezelfde kansen. Om de Zinnekeparade te maken moet je Belgische structuren trotseren. Je hebt twee culturele vzw's nodig, met gemotiveerde vrijwillige bestuurders. Je krijgt met moeite en in stukjes 650.000 Euro bij elkaar en voor de rest moet je zelf uit de kosten komen. Een onderbetaald centraal ploegje moet ervoor zorgen dat tientallen overwerkte lokale medewerkers in de wijken actief blijven en op tijd met een kwaliteitsvol product klaarstaan. De overheid vraagt dan enkele maanden voor de parade een audit aan en draait intussen de geldkraan dicht. Je kan de onkosten niet op tijd betalen omdat subsidies tot vier dagen voor de parade deels niet zijn uitbetaald. De Franstalige gemeenschap maakt problemen omdat de subsidies worden gebruikt voor het drukken van tweetalige affiches. En de Vlaamse gemeenschap wil wel eens weten welke kostuums precies met Vlaams geld werden betaald. En voor het gebruik van een zaal in het Brussels parlement wordt veel huurgeld gevraagd. In de media krijgt dergelijk project nauwelijks duiding. Het verslag bestaat uit enkele mooie foto's en wat opgeblazen ondertitels over een mooie stoet. In duidings- of praatprogramma's worden de Zinnekes niet gevraagd als opiniemaker of gesprekspartner. Hun visie op de samenlevingsopbouw wordt niet ter discussie gesteld. Om de Zinnekeparade te maken heeft het Brusselse interculturele middenveld veel doorzettingsvermogen en vooral veel incasseringsvermogen nodig. Hetzelfde geldt in Vlaanderen voor elk intercultureel stedelijk project.
Dat is heel anders voor het project van het VB. Daarvoor heeft de samenleving jaarlijks bijna 6,2 miljoen Euro veil. De leiding is rijkelijk betaald en leeft op grote voet in mooie huizen. Het project wordt gedragen door 756 betaalde mandatarissen, 127 betaalde stafleden en honderden afgevaardigden in adviesraden en openbare bedrijven. De propagandamachine verbruikt jaarlijks 5,7 miljoen Euro (231 miljoen Belgische franken!). Een veroordeling voor wetsovertreding heeft geen enkel gevolg. In alle media worden de standpunten van dat project breed uitgesmeerd en elk incident is goed voor wat nieuw infotainment. Een meer ranzige versie bereikt regelmatig alle brievenbussen. De interne plannen, die nauwelijks publiek worden besproken, worden aan 22000 getrouwen overgemaakt. Wie gaat hier dwarsliggen? Audits? Toepassing van de wet? Tegenspraak? Onderzoeksjournalistiek?
Ik weet wel: elke vergelijking loopt ergens mank. (En ik wil het niet nog moeilijker maken door ook de wankele ethische verantwoording van de managerslonen erbij te betrekken). Maar het gaat hier wel om twee werelden. Het ene is een politiek staatsproject dat steunt op ideeën uit de 19de eeuw (nationalisme en racisme) en op een passieve bevolking. Het andere is een maatschappelijk stadsproject dat zich resoluut richt op de kosmopolitische 21ste eeuw en op actieve burgers. Het ene behoort tot het establishment en heeft regelmatig en ongestoord toegang tot geld en media. Het andere groeit van onderop en moet zijn weg banen met en tussen de mensen en vooral tussen de vele instellingen. Misschien moeten we in deze tijden van bezinning de allocatie van maatschappelijke middelen maar eens herdenken. Want zo is de strijd tussen verleden en toekomst wel erg ongelijk. Wat een geluk dat we ze al die jaren van de macht hebben kunnen houden !
Eric Corijn, cultuurfilosoof en sociaal wetenschapper, professor sociale en culturele geografie VUB, directeur COSMOPOLIS, City, Culture & Society, bestuurder vzw Zinneke